Omschrijving (toelichting)

We moeten nog steeds de tering naar de nering zetten en met minder middelen het onderhoud gaan uitvoeren. We gaan daarom over naar het minst onderhoudsintensieve groen. Meer (ruig) gras en struiken en minder perken bijvoorbeeld. Uiteraard wordt daarbij gekeken naar plekken die daarvoor het meest in aanmerking komen, maar het beeld van het openbaar groen zal blijven veranderen. Een deel van het groenonderhoud gebeurt door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt en het overige besteden we uit. We proberen daar waar mogelijk wensen van inwoners en ondernemers te respecteren en blijven ook met hen in gesprek om mogelijkheden van hun inzet daarbij te bespreken.


Er is ook minder vast budget opgenomen voor projecten en nieuwe speelvoorzieningen in de openbare ruimte. Kleinere noodzakelijke projecten kunnen nog uitgevoerd worden, maar de wat grotere projecten worden voortaan opgenomen op de jaarlijkse investeringslijst. Ook is het mogelijk de komende jaren geld voor projecten vrij te maken uit de (niet structurele) middelen voor ‘Investeren in Berkelland; wijk- en kerngericht werken' (zie activiteit 'We investeren extra in verbetering van de kwaliteit van het groen(onderhoud)’.


We hebben een wettelijke zorgplicht voor het onderhoud van onze bomen en we moeten ervoor zorgen dat we zo min mogelijk veiligheidsrisico’s lopen. Mocht er extra onderhoud nodig zijn door bijvoorbeeld bepaalde weersomstandigheden (zoals een zeer droge zomer) of specifiek om veiligheidsproblemen te voorkomen, dan zullen we een beroep moeten doen op het budget ‘onvoorzien’ of de algemene reserve.

We besparen ook op de aankoop van materialen die nodig zijn voor het onderhoud op de begraafplaatsen. We passen minder of goedkopere materialen toe, maar de begraafplaatsen blijven er wel netjes uitzien.

Door woningbouw en de aanleg van bedrijventerreinen is het areaal aan te onderhouden groen
de afgelopen jaren uitgebreid. Er is ongeveer 10 hectare aan te onderhouden groen bijgekomen. Dit bestaat voornamelijk uit gazon, extensief gras, hagen en heesters. Deze areaaluitbreiding leidt tot een noodzakelijke verhoging van de onderhoudsbudgetten. Het budget is daarom wel met € 44.000 (structureel) verhoogd.

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

De kwaliteit van het onderhoud van groen staat onder druk door beperkte onderhoudsbudgetten. Om binnen de onderhoudsbudgetten het groen in de dorpen en op de begraafplaatsen te kunnen onderhouden, zijn veel groenvakken omgevormd naar goedkoper te beheren groentypen. Het gaat vooral om het omvormen van gazons naar bloemrijk gras (ecologisch), en het verminderen van de duurste groentypen zoals vaste planten en hagen. Dit heeft invloed op hoe de omgeving er uitziet. 

 

Geld (indicator)

R

Geld (toelichting)

Door onder meer droogte is de conditie/vitaliteit van de bomen teruggelopen. Hierdoor moet er meer gekapt en gesnoeid worden en dat leidt tot extra kosten. Ook de kosten voor het herplanten, en voor flora- en fauna onderzoeken zijn gestegen. Een deel van deze kosten is als structureel aan te merken. 

Voor het onderhoud van de bomen in de bebouwde kom is het budget onvoldoende om ze op een verantwoorde wijze te kunnen onderhouden. Dit is dus overschreden.  

Het totale nadeel op het groen en begraafplaatsen bedraagt € 89.000.

Daarnaast zijn ook diverse kosten gestegen, en hebben diverse aannemers een brandstoftoeslag door moeten rekenen.